Eggermont Van Eyndhoven Crommen Geelhand Barbaix

Toch geen niet-retroactiviteit van Vlaamse standpunten?

Vlabel laat weten “niet volledig akkoord te gaan” met het artikel gepubliceerd door mevrouw N. Bollen in De Tijd (Netto) van 29 april ll.

In dat artikel stelt de journaliste dat de administrateur-generaal van Vlabel haar had meegedeeld dat de standpunten “voortaan” niet van toepassing zouden verklaard worden op bestaande successieplanningen (zie vorig nieuwsbericht).

Volgens mevrouw Annick Ghysens van Vlabel is het zo “dat Vlabel niet akkoord gaat met de stelling dat Vlabel “voortaan” geen retroactieve standpunten meer zal nemen.

Dit was immers ook in het verleden niet het geval. Ook in de eerste versie van standpunt 15004 m.b.t. de gesplitste inschrijving (gepubliceerd in maart/april 2016) stond immers duidelijk dat enkel inschrijvingen vanaf 1 juni 2016 zouden worden gevat. Ook daar was er dus geen sprake van retroactieve werking”.

Het punt is dat dit enkel kan gezegd worden van de standpunten in verband met art. 2.7.1.0.7 VCF (gesplitste aankoop en gesplitste inschrijving). Maar de standpunten over schenkingen onder opschortende voorwaarde/termijn van (voor)overlijden (art. 2.7.1.0.3, 3° VCF) en de standpunten over levensverzekeringen (art. 2.7.1.0.6 VCF) werkten wel terug op bestaande successieplanningen. Ook de schrapping van de overlevingsvoorwaarde in art. 2.7.1.0.4 VCF is volgens Vlabel van toepassing op successieplanningen van vóór 1 juli 2015.

Het zou dus goed zijn dat Vlabel zich duidelijk uitspreekt: behoudt zij zich het recht voor om in sommige gevallen het nieuwe standpunt te laten terugwerken op bestaande successieplanningen of niet?

Een bevestigend antwoord zou een stap achteruit zijn en een aanfluiting van het niet-retroactiviteitsbeginsel en van de rechtszekerheid.

N. Geelhand de Merxem